top of page

Grote motoriek
1a doel
Gooien en vangen: Vangt een grote, zachte bal.
Noem een...
Locatie: Deze activiteit kan zowel in de gymzaal, binnen en buiten gedaan worden.
Benodigdheden: Voor deze activiteit heb je een grote zachte bal nodig.
Voorbereiding: Bedenk vooraf vragen die je wil stellen.
Activiteit: De leerkracht begint met de bal vast. Je vertelt de kinderen dat ze straks een woord moeten opnoemen die te maken heeft met een bepaald thema. De leerkracht zegt bijvoorbeeld: "Noem een... bloem." Daarna gooit de leerkracht de bal naar een kind toe. Het kind moet de bal met twee handen vangen. Als de bal gevangen is noemt het kind, in dit voorbeeld, een bloemsoort. Denk aan een tulp of een narcis. Vervolgens gooit het kind de bal terug naar de leerkracht, waarna de activiteit opnieuw begint.
bottom of page